By Ella Ster │ 11 juli 2024
'Guerillajournalist' Micha Kat, bekend van zijn onthullingen
in de Demmink-zaak en berucht om zijn activistische manier van
journalistiek bedrijven, werd in 2023 veroordeeld tot 24 maanden
gevangenisstraf wegens 'opruiing' in wat bekend staat als de
Bodegravenzaak. Hij kwam begin dit jaar vrij en doet voor het eerst een
boekje open over wat zijn drijfveren waren. "Mijn drive komt voort uit
de diepe drang vanuit mijn jeugd, om gehoord te worden, de waarheid
boven water te krijgen."
Micha Kat is net weer terug in Noord-Ierland als ik hem voor het
eerst telefonisch spreek. Hij heeft dertig maanden in de gevangenis
gezeten — hij moest nog zes maanden uitzitten als gevolg van een
veroordeling in 2015 wegens smaad van NOS-hoofdredacteur Marcel Gelauff,
"omdat ik had gezegd dat de NOS pedofielen beschermt". Daar kwamen 24
maanden bij vanwege de Bodegravenzaak, waarvoor hij ruim 16 maanden in
voorarrest had doorgebracht.
Die zaak begon in 2020, toen Kat contact kreeg met Joost Knevel, die
stelde dat hij in zijn jeugd stelselmatig is misbruikt in Bodegraven.
Samen met Wouter Raatgever startte hij het videokanaal Red Pill Journal,
waarin zij ingingen op het geval Knevel. Daarbij ging Kat volgens de
rechtbank te ver met uitspraken als "pedofielen met wortel en tak
uitroeien", dat rechtbanken "free targets" waren en een oproep om het AD
"kapot te maken".
Wat maakte hem zo boos dat hij zich op deze manier uitliet? Zijn
frustratie kwam voort uit de eenzijdige berichtgeving in de media over
de Bodegravenzaak. Justitie weigerde de misbruikclaims van Knevel te
onderzoeken en de media rapporteerden zonder enige vorm van wederhoor of
kritiek. Zijn doel was "journalistiek bedrijven en een einde maken aan
de vreselijk weerzinwekkende wantoestanden van Justitie".
De rechtbank oordeelde dat hij en de andere makers van het Red Pill
Journal daarin te ver gingen. In een van de uitzendingen zou Wouter
Raatgever opgeroepen hebben, Jaap van Dissel – die door Knevel van
misbruik werd beschuldigd – te ontvoeren. "Ze hebben mij dingen ten
laste gelegd die een ander heeft gezegd", zegt Kat. Maar de hoge straf
had volgens hem ook te maken met het beschermen van het
coronanarratief. "Omdat wij zo'n explosief verhaal hadden, dat het
complete coronanarratief kon opblazen."
" journalistiek bedrijven en een einde maken aan de vreselijk weerzinwekkende wantoestanden van Justitie."
Micha Kat
De rechtbank was van mening dat alle uitlatingen in de uitzendingen
in vereniging waren gemaakt. "Het was een politiek showproces", zegt
Kat. "Ik was totaal kansloos. Het dossier was vervalst." Hij doelt
daarbij op de bewering van het OM dat zijn naam op een baksteen
stond die door de ruit van het OM in Groningen was gegooid. Dat zou
bewijs zijn dat zijn opruiende teksten tot geweld hadden geleid. Maar er
klopte niet
veel van het verhaal. Zijn naam stond er niet op, de datum klopte niet,
er was geen aangifte gedaan en er waren geen getuigen of camerabeelden.
"Op een gegeven moment zei de officier van justitie: 'We hebben ons
vergist.' Het bleek compleet verzonnen. Zo corrupt is het." Het leverde
geen vrijlating op, wél werd de strafeis van vier jaar gehalveerd.
Volgens Kat maakt zijn vervolging in de Bodegravenzaak deel uit van
een stelselmatige campagne om hem kapot te maken. "Er is geen journalist
geweest die zo extreem, zo hard en over zo'n lange periode is
aangepakt, als ik. Ze hebben alles tegen me ingezet behalve een kogel.
Twintig jaar lang." Overdrijft hij? Kat mag zich van stevige taal
bedienen, hij heeft wel degelijk serieuze journalistieke publicaties op
zijn naam staan. In 2004 verscheen van zijn hand het boek Topadvocatuur, waarin hij de belangrijkste advocatenkantoren van Nederland doorlichtte.1 Echt bekend werd hij met het boek De Demmink doofpot, dat hij in 2010 schreef met Jan Poot, die samen met zijn zoon Peter Poot de eigenaar was van het bedrijf Chipshol.2
Kat had Poot leren kennen vanwege de beruchte Chipshol-affaire,
waarbij honderden hectaren grond rond Schiphol, die in handen waren van
de familie Poot, werden afgepakt door sabotage van accountants en twee
partijdige toprechters van de Haagse rechtbank.3
Kat schreef over de affaire in zijn boek Topadvocatuur. "Toen werd ik ineens door de rechter wegens smaad voor de rechter gesleept", vertelt hij. Hij had geschreven dat rechter Westenberg twee dagen voor de zitting de advocaat van de familie Poot en Chipshol, Hugo Smit,
had gebeld en hem had verteld dat hij de zaak zou verliezen. Dat
betwistte Westenberg, maar Kat bleek gelijk te hebben en Westenberg kwam
te boek staan als de 'liegende rechter'.
Smit kreeg een schadevergoeding van 1,4 miljoen. Kat claimt ook recht
op een schadevergoeding, geraamd op 1,6 miljoen euro. Die zaak loopt
nog.
"Uiteindelijk
is dit positief voor de Nederlandse rechtsstaat, dat het toch nog
mogelijk is dat rechters zich tegen hun eigen beroepsgroep uitspreken."
Micha Kat
Kat won destijds niet alleen het hoger beroep tegen Westenberg, de
vice-president van de Haagse Rechtbank, maar afgelopen week ook het
hoger beroep van de Raad voor de Rechtspraak, waardoor hij de
schadeclaim kan indienen. "Uiteindelijk is dit positief voor de
Nederlandse rechtsstaat, dat het toch nog mogelijk is dat rechters zich
tegen hun eigen beroepsgroep uitspreken", zegt Kat.
Kat denkt dat de Chipsholzaak een rol speelde
in zijn veroordeling vorig jaar. Hij heeft destijds de netwerkcorruptie
van de rechterlijke macht blootgelegd en veel machtige mensen boos
gemaakt. "Toen is de demonisering van mij begonnen."