Maarten van Rossem (zie foto) (Zeist, 24 oktober 1943) is een Nederlandse historicus, amerikanist, presentator, schrijver en emeritus hoogleraar. Hij is gespecialiseerd in de geschiedenis en politiek van de Verenigde Staten.
Als Amerika-kenner treedt hij regelmatig op in allerlei
televisie-uitzendingen. Tevens houdt hij regelmatig lezingen met
betrekking tot een (al dan niet actueel) maatschappelijk thema. Sinds
2008 heeft hij zijn eigen (opinie)blad, Maarten!, en sinds 2020 heeft hij zijn eigen podcast waarin hij de actualiteiten doorneemt en specifieke thema's behandelt.
In Wageningen behaalde hij het diploma gymnasium bèta. Vervolgens studeerde hij, na een kort uitstapje van 4 maanden bij farmacie, geschiedenis aan de Universiteit Utrecht, waar hij lid werd van het Utrechtsch Studenten Corps. Hij werd daar alleen geboeid door de colleges van J.C. Boogman over de Republiek
in de zeventiende eeuw. Onder Boogmans toen moderne opvattingen over
geschiedschrijving behoorde wat hijzelf 'possibilisme' noemde: het voor
een historicus onontbeerlijke besef dat er op elk moment in de
geschiedenis alternatieve richtingen waren die de historische
ontwikkeling kon gaan domineren. De studie begon pas voor hem te leven
bij het lezen van de literatuurlijst voor het kandidaatsexamen, al
leverde de lijst voor historiografie hem een afkeer van de theoretische problemen van de geschiedschrijving op, die volgens Van Rossem hooguit tot een writer's block kunnen leiden. De benoeming van Hermann von der Dunk als hoogleraar contemporaine geschiedenis en de kennismaking met diens colleges over de Koude Oorlog bepaalde de onderwerpskeuze van Van Rossems doctoraalscriptie over de visie vanuit het revisionisme
dat de oorsprong van de Koude Oorlog in de Amerikaanse zoektocht naar
nieuwe afzetmarkten zou liggen. Het denken over geschiedenis ontwikkelde
zich vooral gedurende de twee jaar dat hij aan de omvangrijke scriptie
werkte, waarin hij de revisionisten overigens geen gelijk gaf.
Na 8 jaar studeerde hij cum laude af. Vanaf 1971 was hij wetenschappelijk medewerker en promoveerde in 1983 op het proefschrift Het radicale temperament. De dubbele politieke bekering van een generatie Amerikaanse intellectuelen (1934-1953).
De dissertatie beschrijft de geschiedenis van de als 'The New York
Intellectuals' bekend staande groep intellectuelen, waaronder Hannah Arendt, Saul Bellow en Mary McCarthy. Hun belangrijkste podium was het tijdschrift de Partisan Review, later ook Commentary en, nog later, Dissent. In zijn recensie voor Vrij Nederland wees Bart Tromp
de literatuurcriticus Lionel Trilling aan als 'kernfiguur' van de
studie, die hij typeerde als 'vóór alles een proeve van
ideeëngeschiedenis'. Tromp vond het boek goed geschreven, zij het af en
toe iets te ironisch.
Van 1997 tot 2008 was Van Rossem bijzonder hoogleraar Geschiedenis aan de Universiteit Utrecht.[8]
Door het Historisch Nieuwsblad
werd hij gekozen tot 'Historicus van het jaar 2003' omdat hij
"Nederlanders met veel humor historisch verantwoord door dit nare
oorlogsjaar heeft geloodst". Na zijn nuchtere commentaar op de aanslagen van 11 september 2001 werd hij aanvankelijk hevig bekritiseerd en vond men hem te relativerend. Met name in de Nova-uitzending, direct na de aanslagen op het WTC, vielen zijn relativerende opmerkingen bij de presentatoren, Pieter Jan Hagens en Kees Driehuis, niet in goede aarde. Later leek het tij te keren en werd Van Rossems nuchtere kijk op de wereld meer gewaardeerd. Frits Abrahams
schreef bijvoorbeeld in zijn column voor de NRC:
"Kort na '11
september' werd hij tot mijn ontsteltenis afgedankt, men vond hem te
relativerend, hoewel relativering juist in de periode daarna zo nodig
was."
Ook na zijn pensionering als bijzonder hoogleraar in 2008 bleef
hij nog tot 2010 aan de Universiteit Utrecht verbonden voor de
verzorging van twee modulen onderwijs, waaronder 'Geschiedenis van de
actualiteit'. Bron en meer info: https://nl.wikipedia.org/wiki/Maarten_van_Rossem