Vertaal deze pagina naar:

TWEEDE vanuit ‘VOC-WIC-NAZI’ bestuurde ‘AI-NAVO-COMPUTERS’ door secretaris-generaal MARK RUTTE in de ‘THE HAGUE SUMMIT DECLARATION’ gepleegde ‘HISTORISCHE LEUGEN’ en ‘VALSHEID IN GESCHRIFTE’

29-06-2025

Met een 'DADDY-SMILE' naar DONALD TRUMP zijn vanuit 'VOC-WIC-NAZI' bestuurde 'AI-NAVO-COMPUTERS' in de op 25 juni 2025 door hooguit 31 van de 32 NAVO-lidstaten ondertekende 'THE HAGUE SUMMIT DECLARATION' door de 'SNEL UIT DE HEUP SCHIETENDE' premiejager MARK RUTTE meerdere 'HISTORISCHE LEUGENS' opgenomen en 'VALSHEDEN IN GESCHRIFTE' gepleegd.


Betreffende op 25 juni 2025 door geen 32 maar hooguit 31 NAVO-lidstaten ondertekende 'THE HAGUE SUMMIT DECLARATION' is als gevolg daarvan 'ONGRONDWETTIG' en daarmee automatisch volgend uit het recht 'VAN RECHTSWEGE NIETIG'.

Door: Dienie Kars en Ad van Rooij

(bron: https://historiek.net/verdrag-van-londen-19-april-1839/130675/)


Het GRONDWETTELIJK gevolg hiervan is dat alle 193 landen van de Verenigde Naties het op 19 april 1839 door België en Nederland ondertekende internationaal erkende Verdrag van Londen retroactief (vanaf 19 april 1839) moet naleven in overeenstemming met de daaraan onlosmakelijk verbonden op 7 februari 1831 aangenomen Belgische Grondwet, als een parlementaire, constitutionele monarchie, met ministeriële verantwoordelijkheid voor het regeringsbeleid en scheiding tussen wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht onder directe aansturing van huidig STAATSHOOFD koning FILIP DER BELGEN als kleinzoon van zijn grootvader koning LEOPOLD III DER BELGEN.

Dit des te meer koning LEOPOLD III DER BELGEN als gevangene in het kasteel van Laken in Brussel in België daarover op 25 Januari 1944 zijn volgende POLITIEKE TESTAMENT heeft uitgevaardigd aan de Belgische regering in ballingschap in Londen.

Voltooid op 25 Januari 1944

We zijn in het zesde oorlogsjaar aanbeland. Niets laat ons toe met zekerheid te stellen dat het staken van de vijandelijkheden in Europa of de bevrijding van ons grondgebied dichtbij zijn. Maar een zodanige wending van de gebeurtenissen, die een plotselinge wijziging van het bezettingsregime in België met zich zou brengen, is in de toekomst mogelijk.

Op 29 mei 1940 werd ik, op bevel van de Führer Kanselier van het Reich, van Brugge naar het kasteel van Laken overgebracht. Dat werd mijn verplichte verblijfplaats, ondanks mijn uitdrukkelijke wens om het lot van mijn leger te delen.

Het is niet uitgesloten dat de Duitse overheid mij om militaire of politieke redenen een nieuwe verblijfplaats oplegt en ditmaal buiten het koninkrijk.

Ik vind het belangrijk dat het land, in de misschien lange tussentijd tussen zijn bevrijding en mijn terugkeer uit gevangenschap, in die beslissende dagen niet verstoken zou blijven van adviezen van mijn kant over aangelegenheden van het allergrootste belang.
Dat is de reden waarom ik hier, ten gerieve van hen die de macht tijdelijk zouden uitoefenen, mijn aanbevelingen op papier zet betreffende het te volgen beleid in het hoger belang van de natie.

Om alle vooroordelen en twijfels weg te nemen, meen ik dat het nuttig is om vooraf kort uiteen te zetten welke mijn houding is geweest sedert mei 1940.

1. Vooreerst heb ik op 25 mei geoordeeld - en ik ben inmiddels nooit van gedacht veranderd - dat het strijdig geweest ware met het belang van het land als ik met de ministers naar het buitenland zou zijn vertrokken.

Het leger in de steek laten voordat de strijd beëindigd was, zou een militaire fout zijn geweest, want elke weerstand zou ogenblikkelijk zijn gestaakt.

Vluchten op het moment dat de wapens werden neergelegd, leek mij een daad die strijdig was met de eer van een legeraanvoerder.

Mijn aanwezigheid in het buitenland zonder militaire macht van betekenis, zou een louter symbolische waarde hebben gehad. Daartoe volstonden enkele ministers.

Maar, eens het grondgebied zich in de macht van de aanvaller bevond, was het belangrijk dat het staatshoofd het land slechts verliet, weggevoerd door de overwinnaar. Zijn aanwezigheid was des te noodzakelijker omdat de eenheid van het land was bedreigd door ernstig plichtsverzuim dat plotseling aan het licht was gekomen en omdat als gevolg van een noodlottige verstandsverbijstering, de meeste gezagsdragers waren gevlucht en te veel overheden hun post hadden verlaten.

Op een moment waarop de bondgenoten waren uitgeteld door een verschrikkelijk onheil en de vijand was opgewonden door militaire successen zonder voorgaande, was het door de tegenspoed van mijn leger en van mijn volk te delen dat ik de onverbrekelijke eenheid van het vorstenhuis en van de Staat bevestigde en dat ik de belangen van het vaderland behoedde, welke ook de afloop van de oorlog zou zijn. De militaire eer, de waardigheid van de kroon en het belang van het land wezen in de dezelfde richting en maakten het mij onmogelijk om samen met de regering België te verlaten.

2. Ik heb het steeds als mijn opperste plicht beschouwd om met al mijn krachten bij te dragen tot het in stand houden van de nationale onafhankelijkheid. Net als al mijn voorgangers heb ik altijd de Grondwet nageleefd. In geen enkele omstandigheid heb ik overwogen om die te schenden. Ik neem een mogelijke herziening ervan slechts in overweging als het Belgische volk zijn wil daartoe vrij tot uitdrukking brengt.

De geruchten die de bedoeling hadden daarover twijfel te zaaien, zijn uit de lucht gegrepen en al wie ze heeft verspreid, heeft het vorstenhuis belasterd en een misdaad tegen België gepleegd.

Voor het overige heb ik me sedert 28 mei 1940 strikt gehouden aan mijn status van krijgsgevangene in handen van de vijand en heb ik geoordeeld dat het niet met de waardigheid van de kroon en met de belangen van het land strookte dat ik daar rechtstreeks of onrechtstreeks ooit van afweek.

Die afzijdigheid op het politieke vlak belette niet dat ik op het humanitaire vlak tussenkwam ten voordele van personen, groepen of zelfs de hele bevolking.

De genadeverzoeken, de vrijlating of op zijn minst de verlichting van het lot van onze krijgsgevangenen, de bevoorrading van de bevolking, daarvoor heb ik voortdurend aandacht gehad. Op dat vlak zijn mijn inspanningen gedeeltelijk met succes bekroond. Inzake de wegvoeringen en de financiële lasten stuitte ik spijtig genoeg op de weigering om terug te komen op de getroffen beslissingen.

Men heeft mij vaak verweten dat ik tussenbeide was gekomen op het administratieve vlak. Ik verklaar dat ik helemaal niets te maken had noch met de keuze noch met het beleid van de secretarissen-generaal, wie ze ook waren. Wel eis ik het initiatief op van de oprichting van de O.T.A.D.

Hiermee is dus voldoende licht geworpen op het verleden, laten we het nu hebben over de opdrachten voor de toekomst.

1. De verstandhouding tussen Vlamingen en Walen

De verstandhouding tussen Vlamingen en Walen zal de belangrijkste taak van de regering zijn. Het voortbestaan van een onafhankelijk België zal daarvan afhangen.

De historici zullen vaststellen dat België tussen 1914 en 1944 een vreselijke nationaliteitscrisis heeft meegemaakt.

Na een lange periode van ongelijkheden en onmiskenbare onrechtvaardigheden heeft ons Vlaamse volk, trots op zijn schitterend verleden en bewust van zijn mogelijkheden in de toekomst, besloten een einde te maken aan de pesterijen van een egoïstische en bekrompen leidende minderheid die weigerde zijn taal te spreken en deel te nemen aan het volksleven.

Het onbegrip van het parlement en de traagheid van de opeenvolgende regeringen om die rechtmatige verzuchtingen te voldoen, hebben de eisers verbitterd. Sommigen zijn ertoe gekomen om zich te willen afscheiden van de Walen en om België te vervloeken. Dit lokte een Waalse reactie uit en het zou gevaarlijk zijn de draagwijdte ervan te onderschatten.

Onder het voorwendsel van cultuur en van taal, hebben extremisten, al dan niet onder de bescherming van de bezetter, bewust gewerkt aan de vernietiging van de Belgische Staat – we hebben dat gezien en gehoord.

Anderzijds is onze publieke opinie – die slecht is voorgelicht en te gevoelig is voor de sentimentele verleidingen uit het buitenland – sedert 30 jaar geneigd om te geloven dat haar veiligheid in de eerste plaats afhangt van de gevoelens van genegenheid van het buitenland. Ze schijnt te vergeten dat het behoud van de nationale onafhankelijkheid voortvloeit uit en altijd en vooral zal voortvloeien uit de geografische ligging van het land, zijn natuurlijke rijkdommen, de werklust van zijn inwoners en hun wil om vrij te blijven.

De verkondiging van dit historisch vast gegeven moet het postulaat vormen dat elke internationale samenwerking voorafgaat en die laatste kan alleen worden opgevat op basis van een billijke wederkerigheid.

Omdat ze dezelfde belangen hadden, hebben Vlaanderen en Wallonië sedert heel lang een gemeenschappelijke lotsbestemming gehad en hebben ze een eenheid gevormd die ontembaar aan alle annexatiepogingen het hoofd heeft geboden. Nooit heeft hun eenheid een crisis beleefd die ook maar bij benadering zo erg was als die van de huidige generatie.

Ik hoop dat de hevigheid van de beroering die we nu beleven de ogen van de brave burgers heeft geopend voor sommige aspecten van de werkelijkheid waarvoor ze te weinig belangstelling hadden betoond. Ik hoop dat dit bij Vlamingen en Walen de wil zal hebben aangewakkerd om zich in een nieuw België opnieuw rond de nationale driekleur te scharen en dat zij, verenigd op volstrekt gelijke voet, België met eenzelfde liefde en ijver zullen dienen.

Ik reken op het doorzicht van het Brusselse gemeentebestuur opdat de hoofdstad van het koninkrijk eindelijk zijn rol van taalkundig bindteken en bicultureel uitstralingscentrum zou spelen die het nationaal fatsoen hem voorschrijft.

2. De sociale reorganisatie

Deze wereldoorlog is de geboorte van een nieuwe wereld. Goedschiks of kwaadschiks ontwikkelt zich, in de staten die zich beroepen op tradities van vrijheid en individualisme net als in de staten die hebben gekozen voor een autoritair regime, een economische, organieke en sociale revolutie zonder weerga die wezenlijk dezelfde is – zij het dat ze gebeurt onder verschillende vlaggen en door gebruik van uiteenlopende middelen.

Ook al kan men noch het kader noch het eindpunt van die verandering bepalen, toch heeft men het recht te verklaren dat een onomkeerbare stroom alle samenlevingsvormen naar een volkomen nieuwe toekomst meevoert.

Het komt erop aan zich niet uit te sloven om in duigen vallende normen te handhaven. Men moet zich vastberaden aan de onvermijdelijke ontwikkeling aanpassen en België de economische en sociale onderbouw bezorgen die het de nodige sterkte en doelmatigheid geeft opdat het zijn bevolking een waardige en bevredigende levensstandaard kan verschaffen. Die bevolking leeft bijeengepakt op een klein grondgebied en wordt bedreigd door een buitenlandse concurrentie die scherper en oneindig machtiger is dan weleer.

Het individualisme en het economisch liberalisme waarvoor de negentiende eeuw de gouden tijd was, zullen willens en wetens plaats ruimen voor een systeem dat meer gelijkheid nastreeft. Het zal de leiders toekomen erover te waken dat onze toekomstige sociale organisatie zal zijn doordrongen van en meer in overeenstemming zal zijn met de christelijke naastenliefde en de menselijke waardigheid.

Mijn rol van grondwettelijke vorst draagt me de taak niet op om een programma van verwezenlijkingen op te stellen noch om te kiezen voor of tegen een of andere leerstelling, maar ik zou in mijn opdracht tekortschieten als ik hier niet enkele beginselen ter overweging meegaf die alleen de uitdrukking zijn van de billijkheid.

Ik beschouw ruime sociale hervormingen als dringend, want de schandalige tegenstelling tussen de armoede waarmee de oorlog tot tweemaal toe de enen heeft overladen en de buitensporige winsten die de anderen zich hebben toegeëigend, stelt de onrechtvaardigheid in het licht van een egoïstisch en kwaadaardig regime, waaraan een einde moet komen.

Zodra het land is bevrijd, zullen de regeringen de plicht hebben het recht op arbeid en de plicht daartoe te bevestigen. Door de vaststelling van rechtvaardige lonen en de uitbreiding van de verplichte verzekeringen, moeten ze de arbeiders de waardigheid en de veiligheid bezorgen die zij in het verleden al te vaak hebben moeten ontberen.

De paritaire verbondenheid van de werkgevers- en werknemersorganisaties in beroepsgroeperingen, alsook een nauwgezette en billijke herschikking tussen arbeid en kapitaal zullen het mogelijk maken in de schoot van de ondernemingen de voorwaarden voor een gezonde samenwerking te vestigen. Door in de wereld van de arbeid een sfeer van stabiliteit en welzijn te scheppen, zal deze vooruitgang een geest van sociale solidariteit doen waaien die voor het land van even wezenlijk belang zal zijn als de verstandhouding en de gelijkheid tussen Vlamingen en Walen.

Op het hogere niveau komt het de staat toe het algemeen belang te vertolken, de harmonische werking van het geheel van de grote beroepsgroepen te coördineren en de organisatie van de arbeid en van de sociale verhoudingen te controleren.

Het komt de Staat ook toe de economische ontwikkeling in een richting te leiden die meer is aangepast aan de natuurlijke rijkdommen van onze bodem en aan de mogelijkheden en de levensbehoeften van onze bevolking.

Het is van belang een beter evenwicht tot stand te brengen tussen de verschillende takken van de economische bedrijvigheid van het land door de landbouw die zo belangrijk is voor ons onafhankelijk bestaan, de plaats te geven die haar toekomt.

Het is ten slotte aangewezen een billijkere verdeling van de verbruiksgoederen te verzekeren.

Arbeidsplicht, recht op arbeid en bescherming van de arbeid – herstel van de beroepseer en de beroepsbekwaamheid – nationale samenwerking en solidariteit – verstandige organisatie van de economie, ordelijke productie en consumptie – ziedaar de grondslagen van de onmiddellijke vernieuwing die een betere toekomst moet voorbereiden.

Ik reken erop dat de gezagsdragers die weg zullen inslaan en elke andere overweging dan het belang van het land en de sociale rechtvaardigheid opzij zullen schuiven.

Als ze dit zouden verzuimen, zou België tijden van gevaarlijke politieke onrust tegemoet gaan.

3. De politieke hervormingen

Zullen de wijzigingen aan de economische en sociale structuren een hervorming van de politieke instellingen teweegbrengen? Dat lijkt onvermijdelijk.

De gebreken van de oude manier van regeren en de ongehoorde incidenten die er in 1940 het sluitstuk van waren, hebben de ogen geopend van de meest behoudsgezinde kringen. Het land zal niet aanvaarden dat men zonder meer naar deze vooroorlogse dwalingen terugkeert. Het wenst dat de macht wordt uitgeoefend door onkreukbare en bekwame mensen, die ermee ophouden het algemeen belang in te vullen op de maat van de partijbelangen. Het wenst dat die mensen de nodige macht krijgen om met gezag en continuïteit de belangrijkste en dringende problemen op te lossen.

Een Raad van State had al lang moeten zijn opgericht. Koning Albert had de oprichting ervan al aanbevolen. Het land heeft nood aan wetten en verordeningen die behoorlijk zijn opgesteld. De burgers hebben het recht te worden beschermd tegen de mogelijke willekeur van een regering waarvan de machten uitgebreider zullen zijn.

De ministeriële verantwoordelijkheid moet ophouden een abstract beginsel te zijn dat nergens in een wetboek is vastgelegd. Ze moet een juridisch werkbaar begrip worden dat het mogelijk maakt de ministers te treffen wier zware fouten de belangen van de Staat hebben geschaad.

In welke mate en op welke wijze is het nodig het politiek statuut van het koninkrijk een nieuwe inhoud te geven?

Het komt het Belgische volk toe daarover te beslissen: zodra de omstandigheden het mogelijk maken, kan het zich daarover vrij uitspreken.

4. De hervorming van de opvoeding

Ik pleit ervoor bijzondere aandacht te besteden aan de jeugd, die het lot van het België van morgen in handen houdt.

Indien het land in 1940 zijn geloof in zijn lotsbestemming tijdelijk heeft verloren, dan is dat te wijten aan het feit dat onze kinderen onvoldoende tot burgerzin worden opgevoed, wat een schuldig verzuim is. De toekomst van de natie vereist dat onze jeugd fysiek sterk is, doordrongen van edele verzuchtingen en grootmoedige idealen, gedreven door persoonlijke fierheid en sociale solidariteit, in hart en nieren en vastberaden patriottisch. Op dat vlak staan we nog bijna nergens.

5. De militaire reorganisatie

Het einde van de vijandelijkheden zou een gezagscrisis kunnen veroorzaken die weleens de vorm van geweldplegingen kan aannemen. Bij gebrek aan een gewapende macht – die op een wettelijke basis is gevormd en bestaat uit manschappen wier vaderlandsliefde buiten kijf staat en die zijn gespeend van elke partijdige passie – zou het moeilijk zijn om die te beteugelen.

Om redenen van orde en rust in het binnenland en aanzien in het buitenland, beveel ik aan zo spoedig mogelijk weer een Belgisch leger op de been te brengen, bestaande uit sterke beroepsmilitairen, aangevuld met vrijwilligers, bij voorkeur mannen die in het vuur van de strijd hebben gestaan.

Met het oog daarop zullen we de onmiddellijke repatriëring moeten eisen van onze officieren en soldaten die in Duitsland gevangen zijn en van al wie zich nog in het buitenland bevindt.

6. De ordehandhaving en de sancties

Men moet vrezen dat het einde van de vijandelijkheden gepaard zal gaan met de ontketening van een publieke vergelding en het uitvechten van talrijke persoonlijke en groepsvetes. De voorlopige machthebbers zullen de uitingen van de publieke opinie binnen de legale perken moeten houden. Ze zullen evenwel ook de sancties moeten vorderen en toepassen in hoofde van de verantwoordelijken van aanslagen tegen de verdediging en de eenheid van het land.

De daders van deze misdaden tegen de natie hebben hun verraad voldoende van de daken geschreeuwd, ja zelfs gevierd, opdat de noodzakelijke repressie alleen de werkelijke en grote schuldigen zou treffen.

Het past dat de straffen zonder uitstel worden uitgesproken en uitgevoerd, maar volgens de normale rechtspleging.

7. De noodzakelijke genoegdoening

Er is geen enkele patriot die sommige toespraken is vergeten die ten overstaan van de hele wereld werden uitgesproken en waarin Belgische ministers zich hebben veroorloofd, in uitzonderlijke hachelijke omstandigheden, toen de vrijwaring van de nationale waardigheid gebood een uiterste voorzichtigheid aan de dag te leggen, ondoordacht de meest ernstige beschuldigingen te uiten ten overstaan van de houding van ons leger en het optreden van de legeraanvoerder.

Die beschuldigingen die in een eigenzinnige verblindheid de eer van onze soldaten en van hun opperbevelhebber besmeurden, hebben België een onberekenbare en moeilijk te herstellen schade toegebracht.

Men zou vergeefs in de geschiedenis een ander voorbeeld zoeken van een regering die haar vorst en de nationale vlag op zo'n manier en zo ongegrond met schande heeft overladen.

Het aanzien van de kroon en de eer van het land verzetten zich ertegen dat degenen die de redevoeringen hebben gehouden nog enig gezag uitoefenen in het bevrijde België zolang ze hun beslissing niet zullen hebben betreurd en plechtig en volledige genoegdoening zullen hebben gegeven. De natie zou noch begrijpen noch ermee instemmen dat het vorstenhuis in de uitoefening van zijn taak mensen zou betrekken die datzelfde huis een belediging hebben aangedaan waarvan de wereld met ontsteltenis kennis nam.

8. De buitenlandse en koloniale politiek

Inzake het internationale statuut eis ik in naam van de grondwet dat België in zijn volledige onafhankelijkheid zou worden hersteld en dat het geen verbintenissen of akkoorden met andere staten zou aanvaarden, van welke aard ook, dan in volledige soevereiniteit en mits de noodzakelijke tegenprestaties.

Ik houd er ook aan dat geen afbreuk wordt gedaan aan de banden tussen de kolonie en het moederland.

Ik herinner er bovendien aan dat volgens de grondwet een verdrag geen enkele waarde heeft indien het niet de koninklijke handtekening draagt.


Leopold,

Koning der Belgen,

gevangene in het kasteel van Laken

De enige tekst die Premier Hubert Pierlot uit het "politiek testament" van Leopold III heeft voorgelezen aan de ministerraad en aan het Belgische publiek ter kennis heeft gebracht is hoofdstuk 7, waarin letterlijk het volgende staat geschreven:

Er is geen enkele patriot die sommige toespraken is vergeten die ten overstaan van de hele wereld werden uitgesproken en waarin Belgische ministers zich hebben veroorloofd, in uitzonderlijke hachelijke omstandigheden, toen de vrijwaring van de nationale waardigheid gebood een uiterste voorzichtigheid aan de dag te leggen, ondoordacht de meest ernstige beschuldigingen te uiten ten overstaan van de houding van ons leger en het optreden van de legeraanvoerder.

Die beschuldigingen die in een eigenzinnige verblindheid de eer van onze soldaten en van hun opperbevelhebber besmeurden, hebben België een onberekenbare en moeilijk te herstellen schade toegebracht.

Men zou vergeefs in de geschiedenis een ander voorbeeld zoeken van een regering die haar vorst en de nationale vlag op zo'n manier en zo ongegrond met schande heeft overladen.

Het aanzien van de kroon en de eer van het land verzetten zich ertegen dat degenen die de redevoeringen hebben gehouden nog enig gezag uitoefenen in het bevrijde België zolang ze hun beslissing niet zullen hebben betreurd en plechtig en volledige genoegdoening zullen hebben gegeven. De natie zou noch begrijpen noch ermee instemmen dat het vorstenhuis in de uitoefening van zijn taak mensen zou betrekken die datzelfde huis een belediging hebben aangedaan waarvan de wereld met ontsteltenis kennis nam.

Op deze wijze hebben premier Hubert Pierlot (katholieke partij)(zie foto) samen met minister Paul Henri Spaak (Socialisten) (zie foto) de ministerraad en het Belgische publiek bewust onjuist geïnformeerd over de inhoud van het Testament van Koning Leopold III met als doel hem bewust in een verkeerd daglicht te stellen en hem daarop te kunnen verbannen naar Pregny in Zwitserland waarmee de Belgische Grondwet buiten werking is gesteld, zonder de Belgische inwoners daarover te hebben geïnformeerd.

Voor meer feitelijke en wettelijke onderbouwing wordt verwezen naar het 176 blz. tellende verzoekschrift d.d. 17 april 2015 (kenmerk: AvR/JvN/17042015/ DeCroo) die het vanaf 5 juli 1979 voor de Wet en Rooms-Katholieke kerk getrouwde echtpaar als twee onlosmakelijk aan elkaar verbonden natuurlijke (rechts) personen:


1. Van Rooij, Adrianus Marius Lambertus, vanaf 1 januari 2011 wonende op zijn hoofdverblijfplaats Hazendansweg 36A (is de woning Hazendansweg 36), 3520 Zonhoven (België);

2. Van Nunen, Johanna Elisabeth Maria, vanaf 1 januari 2011 wonende op haar hoofdverblijfplaats Hazendansweg 36A (is de woning Hazendansweg 36), 3520 Zonhoven (België);

mede namens de volgende bedrijven:

1. Camping en Pensionstal "Dommeldal" eenmansbedrijf met ondernemingsnummer: 57035032 , gevestigd op het adres 't Achterom 9-9A, 5491 XD Sint-Oedenrode (Nederland) met als zaakvoerder A.M.L. van Rooij, vanaf 1 januari 2011 wonende op zijn hoofdverblijfplaats Hazendansweg 36A (is de woning Hazendansweg 36), 3520 Zonhoven (België).

2. Het Ecologisch Kennis Centrum B.V., met ondernemingsnummer: 16090111, vanaf 5 maart 1998 gevestigd op het adres 't Achterom 9A, 5491 XD Sint-Oedenrode (Nederland) met als directeur A.M.L. van Rooij, vanaf 1 januari 2011 wonende op zijn hoofdverblijfplaats Hazendansweg 36A (is de woning Hazendansweg 36), 3520 Zonhoven (België).

3. Van Rooij Holding B.V., met ondernemingsnummer: 17102683, vanaf 5 maart 1998 gevestigd op het adres 't Achterom 9A, 5491 XD Sint-Oedenrode (Nederland), met als bestuurder A.M.L. van Rooij, vanaf 1 januari 2011 wonende op zijn hoofdverblijfplaats Hazendansweg 36A (is de woning Hazendansweg 36), 3520 Zonhoven (België).

met 'HANDTEKENING VAN ONTVANST' in bijzijn van Erik Verbeek van No Cancer Foundation VZW, Paul Bellefroidlaan 16, 3500 Hasselt (België), persoonlijk hebben afgegeven aan:

De Belgische Staat namens deze Alexander De Croo, Vice-eersteminister en minister van Ontwikkelingssamenwerking, Digitale Agenda, Telecommunicatie en Post Financietoren - Kruidtuinlaan 50/61, 1000 Brussel, met handtekening van ontvangst van zijn persoonlijke secretaris, waarvan het WETTELIJKE BEWIJS hierboven is ingevoegd.

Ondanks het nadrukkelijke verzoek d.d. 17 april 2015 van de vanaf hun huwelijk op 5 juli 1979 vanuit de Wet en de Rooms-Katholieke kerk aan elkaar onlosmakelijk verbonden echtpaar, de twee natuurlijke personen: Van Rooij, Adrianus Marius Lambertus en Van Nunen, Johanna Elisabeth Maria, vanaf 1 januari 2011 wonende in de woning op hun 'gezamenlijke hoofdverblijfplaats' Hazendansweg 36, 3520 Zonhoven (België) aan de Belgische Staat, namens deze Alexander De Croo (Open Vld), Vice-eersteminister en minister van Ontwikkelingssamenwerking, Digitale Agenda, Telecommunicatie, om daarop vóór uiterlijk 25 april 2015 in afstemming met zijn Nederlandse collega minister Stef Blok (VVD) van Wonen en Rijksdienst te hebben beslist;

Heeft Alexander De Croo (Open Vld) heden na maar liefst 9 jaar, ook als premier van België (vanaf 1 oktober 2020 - 3 februari 2025) daarop nog steeds niet beslist --

Dit met de voorkennis en wetenschap dat het vanaf 5 juli 1979 voor de Wet en de Rooms-Katholieke kerk getrouwde echtpaar Van Rooij, Adrianus Marius Lambertus en Van Nunen, Johanna Elisabeth Maria betreffende huurwoning op het adres Hazendansweg 36, 3520 Zonhoven (België) met een door de eigenaar David Drillieux en Ad van Rooij op 21 december 2010 ondertekend HUURCONTRACT, die in overeenstemming met het Belgische koninklijk besluit van 8 juli 1997 door inspecteur P. Broux op 31 januari 2011 bij het registratiekantoor Houthalen-Helchteren is geregistreerd onder register 62SP boek 017 blad 016 vak 0055, vanaf 1 januari 2011 heeft gehuurd, waarvan het WETTELIJKE BEWIJS hieronder is ingevoegd.

Wat vanaf 1 januari 2011 (maar liefst 14,5 jaar lang) daarvan de gevolgen zijn voor de familie Van Rooij, de familie Van den Heuvel en alle families die het juridisch rechtszaak voerende bureau het Ecologisch Kennis Centrum B.V. (KvK-nummer: 16090111), namens deze haar enig directeur A.M.L. van Rooij (BSN: 093391225), hebben 'GEVOLMACHTIGD' als ook bij alle ruim 'ACHT MILJARD WERELDBEWONERS', staat hieronder te lezen

Vandaag 29 juni 2025. Het hoogfeest van de heilige Petrus en Paulus herdenkt het martelaarschap van de beide apostelen, de bekroning van hun getuigenis van het Evangelie.

Christus tussen de H.H. Petrus & Paulus; muurschildering uit de vierde eeuw in de Catacomben van Marcellinus & Petrus, Rome.

(bron: https://kro-ncrv.nl/katholiek/encyclopedie/h/hoogfeest-van-petrus-en-paulus)


Al in de vierde eeuw werd zowel in het Westen als het Oosten het martelaarschap van Sint Petrus op dezelfde dag gevierd als dat van Sint Paulus. In Rome werd het op 29 juni gevierd, in het Oosten op andere dagen. In de Griekse kerken van Asia Minor werden de apostelfeesten op de eerste dagen na Kerstmis gevierd, dat van Petrus en Paulus op 28 december. De Armeniërs vierden het op 27 december en de Nestorianen op de tweede vrijdag na Epifanie. Tegenwoordig viert de Byzantijnse Orthodoxie het ook op 29 juni.

Relieken

In Rome werd 'Petrus en Paulus' al in de 3de eeuw gevierd. De oudst bekende melding die van het feest wordt gemaakt, dateert van het jaar 258. Daarin wordt aangegeven dat het op 29 juni gevierd werd in de Via Appia ad Catacumbas, vlakbij de kerk San Sebastiano fuori le Mura. 29 juni was de dag waarop de relieken van de apostelen daarnaartoe waren gebracht. Later werden de relieken weer teruggebracht naar hun oorspronkelijke graven, die van Paulus naar de Via Ostiensis en die van Petrus naar het Vaticaan. Op de plaats Ad Catacumbas werd in de 4e eeuw een kerk gebouwd ter ere van de twee apostelen.

Hoogmis

In Rome begint 'Petrus en Paulus' met de pontificale vespers op 28 juni in de basiliek van San Paolo fuori le Mura. Op de dag zelf gaat de paus voor in de hoogmis in de basiliek van San Pietro, boven het graf van Sint-Petrus. Tijdens deze plechtigheid zegent de paus voor de nieuw benoemde metropolieten het pallium. De evangelielezing van de hoogmis is genomen uit het Mattheüs-evangelie (16, 13-19). Daarin zegt Jezus dat Simon de steenrots is ('Tu es Petrus') op wie Hij zijn Kerk zal bouwen.

(bron: https://nl.wikipedia.org/wiki/Petrus)

Petrus (Grieks: Πέτρος, Petros, "(grote) steen", "rots") (Galilea - Rome (?), ca. 64) was volgens het Nieuwe Testament een van de twaalf apostelen van Jezus en leiders in het vroege christendom. Oorspronkelijk heette hij Simon (Matteüs 4:18; 10:2) of Simeon (Handelingen 15:14). Jezus noemde hem in het Aramees Kefas, wat "rots" betekent en in het Grieks werd vertaald als Petros (Marcus 3:16). Om die reden wordt hij ook wel als Simon Petrus (Lucas 5:1-10) aangeduid en één keer als Simeon Petrus (2 Petrus 1:1).

Het Nieuwe Testament telt twee brieven die worden toegeschreven aan Petrus, zie Eerste brief van Petrus en Tweede brief van Petrus.

In de Rooms-Katholieke Kerk wordt Petrus als de eerste paus beschouwd en wordt hij ook wel aangeduid als Sint-Pieter. Het ambt van paus wordt daarom ook wel Petrusambt genoemd. In het oosters christendom wordt Petrus als de eerste patriarch beschouwd.

In kunst en iconografie is Petrus vrijwel altijd te herkennen aan de sleutels van de hemel, die het Petrusambt symboliseren (naar Matteüs 16:18-19). Andere attributen zijn een omgekeerd kruis (waaraan hij volgens de traditie ter dood werd gebracht), visnet (vanwege zijn beroep) en een haan (die hem eraan herinnerde dat hij Jezus verloochend had - Johannes 18:27).

Roeping

Volgens de synoptische evangeliën zag Jezus van Nazareth Petrus en Andreas vissen in het Meer van Tiberias en zei hij tegen ze:

Kom, volg mij! Ik zal van jullie vissers van mensen maken. Meteen hierna lieten zij hun netten achter zich en volgden zij Jezus

— Matteüs 4:18-19; Marcus 1:16-18

Volgens Johannes was Andreas aanwezig toen Johannes de Doper Jezus aankondigde als het Lam van God en volgde hij Jezus vanaf dat moment. Toen Andreas zijn broer tegenkwam, zei hij tegen hem dat hij de Messias had gevonden en nam hij hem mee naar Jezus.

Jezus keek hem aan en zei: "Jij bent Simon, de zoon van Johannes, maar voortaan zul je Kefas heten." (Dat is Petrus, 'rots'.)

— Johannes 1:40-42

Het is niet onwaarschijnlijk dat Petrus deze bijnaam kreeg om hem te onderscheiden van de andere apostel die ook Simon heette (Marcus 3:18; Matteüs 10:4; Lucas 6:15; Handelingen 1:13).

Leerling van Jezus

Petrus was zonder twijfel een belangrijke leerling van Jezus. Hij wordt genoemd als een van de twaalf apostelen en geen andere leerling komt in de evangeliën zo vaak voor. Steeds treedt hij op als woordvoerder namens de groep apostelen (Matteüs 15:15; 16:16-22; 17:4,24-26; 18:21-27; 26:33; Johannes 13:6,36).

Jezus zei tegen Petrus:

Jij bent Petrus, de rots waarop ik mijn kerk zal bouwen, en de poorten van het dodenrijk zullen haar niet kunnen overweldigen. Ik zal je de sleutels van het koninkrijk van de hemel geven, en al wat je op aarde bindend verklaart zal ook in de hemel bindend zijn, en al wat je op aarde ontbindt zal ook in de hemel ontbonden zijn.

— Matteüs 16:18-19

Dit wordt ook wel de traditio clavium genoemd, Latijn voor overdracht van de sleutels. De woorden van Matteüs staan in het Latijn in grote letters in de kroon van de koepel van de Sint-Pieterskerk in Rome, boven wat als het graf van Petrus wordt beschouwd.

Petrus liep over het water naar Jezus, maar zonk daarna weg (Matteüs 14:29). Hij was getuige van de Gedaanteverandering van Jezus op de Taborberg (Matteüs 17:1-13).

Volgens Lucas kreeg Petrus de opdracht zijn broeders in het geloof te sterken: "Ik heb voor je gebeden opdat je geloof niet zou bezwijken. En als jij eenmaal tot inkeer bent gekomen, moet jij je broeders sterken" (Lucas 22:32).

Toen Jezus de voeten van zijn leerlingen wilde wassen, weigerde Petrus dit, maar toen Jezus zei dat hij anders niet bij hem zou kunnen horen, vroeg Petrus of Jezus niet alleen zijn voeten, maar ook zijn handen en hoofd wilde wassen (Johannes 13:6-10).

Arrestatie en verhoor van Jezus

Zie Arrestatie van Jezus voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Petrus was aanwezig bij het laatste avondmaal. Toen Jezus en zijn leerlingen in de hof van Getsemane waren om te bidden, viel Petrus telkens in slaap (Matteüs 26:36-46). Toen een menigte arriveerde om Jezus te arresteren, nam Petrus een zwaard en hakte het oor af van Malchus, een slaaf van de hogepriester. Jezus genas het oor van Malchus (Johannes 18:10) en vermaande Petrus dat hij zijn zwaard moest opbergen.

Na Jezus' arrestatie volgde Petrus op een afstand. Toen men hem herkende als een leerling, beweerde Petrus dat hij Jezus niet kende, een leugen die hij zich pas realiseerde toen hij een haan hoorde kraaien. Eerder die avond had Jezus dit voorspeld nadat Petrus gezworen had dat hij Jezus nooit zou afvallen.

Zie Verloochening van Petrus voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Na Jezus' dood

Na de opstanding van Jezus gaf deze Petrus opdracht op te treden als herder van zijn kudde.

Toen ze gegeten hadden, sprak Jezus Simon Petrus toe: "Simon, zoon van Johannes, heb je mij lief, meer dan de anderen hier?" Petrus antwoordde: "Ja, Heer, u weet dat ik van u houd." Jezus zei: "Weid mijn lammeren."

— Johannes 21:15-18

In Handelingen treedt hij op als hoofd van de kerk in Jeruzalem (Handelingen 1:15; 2:14; 3:1; 4:8; 5:1ff; 8:14ff; 9-10; 15:7; Galaten 1:18).

Na zijn gevangenschap en bevrijding (Handelingen 12:17) verliet Petrus Jeruzalem, waar Jakobus (de broer van Jezus) de leiding nam (Handelingen 15; Galaten 2:9) en wijdde hij zich kennelijk aan zendingswerk. In het verhaal over het Concilie van Jeruzalem (Handelingen 15) blijft zijn werk nauwer verbonden met Jeruzalem dan dat van Paulus. Paulus achtte hem hoog, ook al wees hij hem terecht (Galaten 2:11-14). Zijn connectie met Jeruzalem plaatste hem waarschijnlijk in een ingewikkelde positie zoals blijkt uit het verhaal over zijn zwalkend gedrag in Antiochië. 1 Clemens 5 verwijst hier misschien naar als deze gaat over de last die hij moest dragen vanwege afgunst.

Petrus en Paulus

Uit de brieven van Paulus, die (deels) tijdens Petrus' leven zijn geschreven, blijkt dat Paulus Petrus meermaals heeft ontmoet. Petrus was toen een van de leiders van de groep volgelingen van Jezus Christus in Jeruzalem. Hun eerste ontmoeting vond plaats in circa 35 n.Chr. in Jeruzalem (Galaten 1:18).

Veertien jaar daarna maakte Paulus in het kader van het Concilie van Jeruzalem met onder meer Petrus en Jakobus de afspraak dat Petrus het evangelie aan de Joden zou verkondigen, terwijl Paulus naar de heidenen zou gaan (Galaten 2:7-9; Handelingen 15:7-11).

Enige tijd later kregen Paulus en Petrus in Antiochië hierover onenigheid, omdat Petrus volgens Paulus erop bleef aansturen dat niet-Joden joodse gebruiken zouden moeten gaan volgen (Galaten 2:11-14).


Bisschop van Rome is Historisch Onjuist

Vanaf medio negentiende eeuw zijn er perioden geweest van een academisch debat over de historiciteit van de aanwezigheid van Petrus in Rome en als gevolg daarvan zijn kruisiging. Tot in de twintigste eeuw werd dat debat vooral door theologen gevoerd. Het standpunt jegens de historiciteit van het verblijf van Petrus in Rome werd dan ook vaak beïnvloed door de denominatie van de deelnemers aan het debat alsmede hun houding ten opzichte van de legitimiteit van het Petrusambt. Vanaf eind twintigste eeuw is er sprake van publicaties die meer berusten op interdisciplinair onderzoek.

Vanaf die periode verschenen ook steeds meer publicaties die concluderen dat Petrus nooit in Rome kan zijn geweest en dus ook nooit daar kan zijn gekruisigd en begraven.

Daarmee is vandaag 29 juni 2025 op het HOOGFEEST van de heilige Petrus en Paulus, waarbij het martelaarschap van de beide apostelen wordt herdacht, voor alle ruim ACHT MILJARD WERELDBEWONERS bekend geworden dat patriarch BARTHOLOMEUS I van 'GODSWEGE' verplicht om zo snel als het licht zijn Pauselijk Paleis of Heilig Paleis, te verhuizen van Constantinopel (Istanbul) naar de Romeinse Stad Tongeren in het Soevereine België waar apostel 'PETRUS' vanaf 68/70 onder Onze-Lieve-Vrouwebasiliek ligt begraven.

VANAF DE BEGRAFENIS OP 21 APRIL 2025 VAN PAUS FRANCISCUS BUITEN VATICAANSTAD IS PATRIARCH BARTHOLOMEUS I NA APOSTEL PETRUS DE DERDE CHRISTELIJKE PAUS VAN TONGEREN IN DE SOEVEREINE STAAT BELGIË

06-05-2025

De verkiezingen van de nieuwe paus achter gesloten deuren in het van de wereld afgesloten ministaatje Vaticaanstad op 7 mei 2025 zijn dan ook volledig "vals" in een laatste poging om vanuit de Nederlandse VOC-WIC-NAZI-Staten-Generaal (alle 150 Tweede Kamerleden en alle 75 Eerste Kamerleden) door te kunnen gaan met de vernietiging van alle ruim acht miljard wereldbewoners die God heeft geschapen naar zijn gelijkenis en evenbeeld.

Voor historische, feitelijke en wettelijke onderbouw verwijzen wij naar de volgende recente artikelen op De Nieuwe Media.

Door: Dienie Kars en Ad van Rooij


Patriarch Bartholomeus I is dan ook van Godswege verplicht om zo snel als het licht zijn Pauselijk Paleis of Heilig Paleis, te verhuizen van Constantinopel (Istanbul) naar de Romeinse Stad Tongeren in het Soevereine België waar apostel Petrus vanaf 68/70 onder Onze-Lieve-Vrouwebasiliek ligt begraven.

Voor historische, feitelijke en wettelijke onderbouw verwijzen wij naar het volgende hieronder ingevoegde artikel op De Nieuwe Media.

HET STRALENDE WITTE LICHT VAN PAUS FRANCISCUS BEVRIJDT DE WERELD VAN DE ZWARTE MAGIE VANUIT HUIS NASSAU, HUIS HANNOVER, HUIS LIPPE EN VAN VOLLENHOVEN UIT DE NEGENDE CIRKEL VAN HET KWAAD

Het Stralende Witte Licht van paus Franciscus is vanaf 27 september 2024 vanuit de Residentie van onder meer de koningen Leopold I, Albert I, Leopold III en Filip der Belgen inhet Kasteel van Laken in het hartje van Brussel in België, vanuit Onze-Lieve-Vrouwebasiliek in Tongeren in België -- waaronder apostel Petrus vanaf 68/70 ligt begraven -- blijven uitstralen. Daarmee heeft paus Franciscus, als tweede paus na apostel Petrus, de Zwarte Magie vanuit de negende cirkel van het kwaad:

(--1--) het Duivelse VOC-WIC-NAZI-Huis Oranje-Nassau,

(--2--) het Duivelse VOC-WIC-NAZI-Huis Lippe-Biesterfeld,

(--3--) het Duivelse VOC-WIC-NAZI-Huis Van Lippe-Biesterfeld van Vollenhoven,

met de hulp van de Heilige Drie-eenheid -- de Vader, de Zoon en de Heilige Geest – tot in de eeuwigheid wereldwijd verdreven onder Gods regie door zichzelf buiten Vaticaanstad in de Basiliek van Santa Maria Maggiorete laten begraven.

Daarmee zit paus Franciscus van de Rooms-katholieke kerk niet langer meer als "Staatshoofd" in het ministaatje Vaticaanstad verbannen en heeft God hem daaruit bevrijd, waarmee hij na apostel Petrus de tweede paus was en daarmee als herder het Christendom heeft bevrijd van alle Schisma's, tegenpauzen en pausloze tijdperken uit het verleden.

Hiermee heeft paus Franciscus, als tweede paus na apostel Petrus, vanuit Onze-Lieve-Vrouwebasiliek in Tongeren in België als "plaatsbekleder van Jezus Christus" vanuit GOD de weg geopend voor de derde paus om zijn GODDELIJKE BOODSCHAP (de tien geboden ven God) over te brengen naar alle ruim acht miljard wereldbewoners, vanuit de Soevereine Staat België in overeenstemming met het op 19 april 1939 ondertekende internationaal erkende Verdrag van Londen.

Door: Dienie Kars en Ad van Rooij

Uitvaart paus Franciscus | LIVE | 09:30 uur, 26 april 2025 | Nederlands commentaar | KRO-NCRV | video

Het Koninkrijk der Nederlanden (Huis Oranje-Nassau), het Britse Rijk (Huis Hannover), het Duitse (keizer-) Rijk (Huis Habsburg-Lotharingen), het Koninkrijk Denemarken (Huis Oldenburg) en de vrije rijksstad Frankfurt (Huis Hessen en het daaraan verbonden Huis Brabant) en de Franse Republiek (bestuurd vanuit Huis Oranje-Nassau) zijn vanaf 23 augustus 1866 opgehouden te bestaan.

De Europese Unie overwoog om patriarch Kirill op de sanctielijst te plaatsen vanwege zijn steun aan Poetin.

Door sterke politieke druk van Hongarije werd hier vanaf gezien.

10-01-2025

De Roemeense Constitutionele Rechtbank annuleerde op 6 december 2024 de presidentsverkiezingen nadat Călin Georgescu onverwachts de eerste ronde had gewonnen op basis van zogenaamde ongeoorloofde buitenlandse inmenging en onregelmatigheden om daarmee van de zesde patriarch Daniel Ciobotea van de Roemeens-Orthodoxe Kerk zijn zetel in Boekarest te stelen.

De Roemeens-Orthodoxe Kerk (Roemeens: Biserica Ortodoxă Română, (BOR)) behoort tot de oosters-orthodoxe kerken. Ze is een autocefale kerk en georganiseerd als patriarchaat.

Door: Dienie Kars en Ad van Rooij

Roemeens-Orthodoxe Kerk

De Roemeens-Orthodoxe Kerk (Roemeens: Biserica Ortodoxă Română, (BOR)) behoort tot de oosters-orthodoxe kerken. Ze is een autocefale kerk en georganiseerd als patriarchaat.

Paus geeft patriarch van Constantinopel gelijkwaardige plaats

© UNKNOWN (bron https://www.hln.be/buitenland/paus-geeft-patriarch-van-constantinopel-gelijkwaardige-plaats~ab4d06b2/)


Redactie 29-06-08, 15:26

Paus Benedictus XVI, hoofd van de rooms katholieke kerk, heeft vanochtend de Oecumenische Patriarch van Constantinopel, Bartholomeus, ontvangen bij de ingang van de Sint-Pietersbasiliek in het Vaticaan, zo heeft de religieuze site KatholiekNederland.nl gemeld, de nadruk leggend op de gelijkwaardigheid die de Duitse paus daarmee toekende.

Benedictus XVI en Bartholomeus traden gezamenlijk naar voren bij de intredeprocessie van de hoogmis in de beroemde basiliek. Aangekomen bij het liturgisch centrum van de kerk bestegen zij tegelijkertijd het pauselijk hoogaltaar en kusten het. Vervolgens namen zij plaats op zetels voor het altaar, de paus aan de ene kant en de orthodoxe patriarch aan de andere kant.

De opstelling van de zetels heeft een grote betekenis, zegt de katholieke internetsite. Het kan beschouwd worden als een symbool van apostolische gelijkwaardigheid. De paus als opvolger van de apostel Petrus en de patriarch als opvolger Petrus' broer, de apostel Andreas, symboliseren door hun gezamenlijke optreden de ideale eenheid tussen de kerk van het Westen en die van het Oosten.

Vandaag, op het hoogfeest van de apostelen Petrus en Paulus, klonk zowel het westerse Latijn als het oosterse Grieks in bijvoorbeeld de lezing van het Evangelie, de voorbeden en de zegen.

Bartholomaios van Constantinopel wordt 'oecumenisch patriarch' genoemd, omdat hij - protocollair gezien - de voornaamste bisschop is van het oosters-orthodoxe christendom. 'Oecumenisch' betekent hier 'wereldwijd'. Tussen de kerk van Rome en de kerk van Constantinopel bestond sinds 1054 een schisma, dat in 1965 officieel werd opgeheven. Toch zijn de katholieke en de orthodoxe kerken nog niet echt verenigd. Dat heeft vooral te maken met de macht van het patriarchaat van Moskou binnen het orthodoxie. Bartholomeus is daar de 'eerste onder de gelijken', maar in de praktijk is dat Aleksi van Moskou.

Zowel Benedictus als Bartholomeus hielden na de evangelielezing in het Italiaans een homilie over het geloofsgetuigenis en martelaarschap van Petrus en Paulus. Beiden spraken elkaar daarbij aan als Vostra Santità (Uwe Heiligheid). De orthodoxe patriarch gaf aan met 'grote vreugde' en 'diepe emotie' in Rome aanwezig te zijn.

De oecumene van zondag gaat echter niet zover dat de patriarch en de andere vandaag aanwezige orthodoxe bisschoppen ook samen met de paus de eucharistie celebreerden, aldus KatholiekNederland.nl. Pas als dat gebeurt is de oecumene tussen beide kerken volmaakt. De eucharistie wordt immers door beide kerken gezien als doel van de oecumene en niet als middel.


Gisteren was de patriarch van Constantinopel ook al aanwezig bij de opening van het internationaal Paulus-jaar in de basiliek Sint-Paulus-buiten-de-Muren te Rome. 

(belga/jv)

Moge deze Goede Vrijdag ons opnieuw brengen tot het hart van het geloof: het Kruis. Want daar, aan dat ruwe hout, is de liefde zichtbaar geworden tot het uiterste toe.

Klik op de onderstaande paarse link voor DEEL 1 van dit artikel.

De Nieuwe Wereld begint op 13 april 2025 vanuit het Kasteel van Laken in Brussel in België, met dank aan apostel Petrus vanuit de Onze-Lieve-Vrouwebasiliek in Tongeren

17-04-2025

Ter nagedachtenis van de heilige paus Martinus I die op bevel van de Belgische Pepijn de Korte (de eerste koning der Franken), de vader van Karel de Grote (vanaf 25 december 800 de eerste keizer van het Heilige Roomse Rijk) door Exarch Theodorus I Calliopas van Ravenna met behulp van een detachement soldaten naar Cherson gelegen in het Rijk der Chazaren (vanaf 30 september 2022 bevrijd door Rusland) is verbannen en als martelaar onder erbarmelijke omstandigheden Stierf.


Het is dan ook geen toeval dat J.E.M. (Annelies) van Rooij van Nunen door toedoen van de opvolgende machtshebbers van Karel de Grote, vanuit de "Niet-Staat-Benelux-Unie", Statutair gevestigd aan de Regentschapsstraat 39, 1000 Brussel in België, op 2 november 2021 in Sint-Oedenrode als martelaar is overleden en in opdracht van de Rooms-Katholieke pastoor Bryan van de Mortel uit Nijnsel, als voorzitter van het kerkgenootschap Parochie Heilige Oda Sint-Oedenrode – Son – Breugel (KvK-nummer 74875590), door zijn rustend pastoor Piet Bakermans uit Son op 9 november 2021 (zonder de wettelijk vereiste overlijdensakte) levend is begraven op het Rooms-Katholieke kerkhof van de Heilige Martinuskerk in Olland.

De profeet kwam uit het plaatsje Moreset en was volgens het opschrift in 1:1 werkzaam tussen 750 en 700 v.Chr., vermoedelijk in Jeruzalem.

(bronnen: https://nl.wikisage.org/wiki/Micha_(profeet) en https://bijbel.eo.nl/inleiding-bijbelboeken/inleiding-op-micha)

Het boek Micha bestaat uit profetieën zonder verhalend kader, sommige hebben de vorm van discussies. De stijl van de profetieën is levendig en beeldend

Het boek Micha bestaat uit profetieën zonder verhalend kader, sommige hebben de vorm van discussies. De stijl van de profetieën is levendig en beeldend

Zijn taal is direct, op de man af, ruwer nog dan die van de boer Amos en zeker minder gecultiveerd dan die van de stadsbewoner Jesaja. Waarschijnlijk stond hij mondeling prekend tussen de mensen, misschien bij voorkeur op het tempelplein: hiervan getuigen de oproepen tot luisteren en horen (bv. 1,2; 3,1), en de stukken in dialoogvorm of met aanhalingen van tegenwerpingen van de toehoorders (bv. 2,6-11).


Inhoud van het Bijbelboek van Micha

1. In het eerste deel van het boek (hoofdstuk 1-3) lees je over de ondergang van Jerusalem en over het onrecht en het gedrag van de bovenlaag van de bevolking (lees hierboven). Je hoort ook de stemmen van andere profeten – zij spreken Micha tegen.

2. Het tweede deel (hoofdstuk 4-5) bevat aankondigingen van goede tijden in een situatie van ellende (die is op 13 april 2025 aangebroken)

3. De inhoud en vorm van het derde deel (hoofdstuk 6-7) lijken erg op die van het eerste. Het verschil is dat in het derde deel een heel volk aangesproken wordt (dit zijn alle volken in de gehele wereld, die door de Rooms-Katholieke paus Franciscus vanuit Onze-Lieve-Vrouwebasiliek in Tongeren in België als opvolger van apostel Petrus(68/70), als plaatsbekleder van Jezus Christus met een van GODSWEGE verkregen Wereldrijke macht aanspreekt en alle christenen en niet-christenen verenigd met als Grondwet de tien geboden van God).

Alhoewel een verhaal van zijn roeping ontbreekt, is hij zich sterk van zijn profetische taak bewust. Hij weet zich vervuld van de kracht van de geest van de HEER (3,8) en onderscheidt zich scherp van de broodprofeten, die de mensen misleiden en naar de mond praten (3,5-7).

Deze "OPENBARING" heeft plaatsgevonden "DRIE DAGEN NA DE MARTELDOOD" van de paus H. MARTINUS I in Chersonesus op de Krim, vanuit het Heilige Roomse Rijk, vanuit het huidige Nederland, België, Luxemburg, Frankrijk en Duitsland (de huidige "Niet-Staat-Benelux-Unie") vanuit Karel de Grote en zijn opvolgers vanuit het Huis Karolingen.

(bron https://mens-en-gezondheid.nl/home/geloof/het-getal-3-drie-in-de-bijbel)


Het getal '3' is één van de belangrijkste getallen in de Bijbel. Het is het getal van harmonie, van Gods aanwezigheid en van volledigheid. De meeste belangrijke gebeurtenissen in de Bijbel gingen gepaard met dit nummer of met het getal 7. Drie is verbonden met de Heilige Drie-eenheid, met de drie geloofsgetuigen van vóór de zondvloed, Abel, Henoch en Noach (zie Hebreeën 11), en de drie patriarchen of aartsvaders na de zondvloed, Abraham, Isaak en Jakob. God zelf wordt beschreven met het drievoudige: "Hem Die is en Die was en Die komt" (Openbaring 1:4).

Het getal '3' is één van de belangrijkste getallen in de Bijbel. Het is het getal van harmonie, van Gods aanwezigheid en van volledigheid.


Inhoud

  • 1 Overtreffende trap
  • 2 Volledigheid en compleetheid
  • 3 Volheid van God
  • 4 Jezus en het getal drie
  • 5 Drie-eenheid
  • 6 Petrus, Jakobus en Johannes
  • 7 Driedeling kosmos
  • 8 Reacties

Overtreffende trap

Een verdubbeling van een handeling of uitspraak suggereert een versterking. Zo is het driemaal spreken een versterking en een uiterste completering ervan. Drie is het beeld van de overtreffende trap: het hoogste en uiterste. Vooral als gesproken wordt over een handeling die driemaal verricht wordt:

  • Bileam die zijn ezel driemaal slaat (Numeri22:28);
  • God die de jonge Samuël driemaal roept (I Samuël 3:8);
  • Elia die zich driemaal over de jongen uitstrekt (I Koningen 17:21);
  • Petrus die Jezus tot driemaal toe verloochend (Matteüs 26:34);
  • Paulus die driemaal over een bepaalde zaak tot God heeft gebeden (2 Korintiers 12:8).

Volledigheid en compleetheid

Drie is het getal van volledigheid, compleetheid. Een aantal voorbeelden om dit te illustreren:

  • De drie zonen van Noach zijn de stamvaders van de mensheid;
  • De priesterzegen bestaat uit drie tweedelige zinnen: "Moge de HEER u zegenen en u beschermen; moge de HEER het licht van zijn gelaat over u doen schijnen en u genadig zijn; moge de HEER u zijn gelaat toewenden en u vrede geven" (Numeri 6:24-26);
  • Driemaal heilig* (Jesaja 6:3; Openbaring 4:8);
  • De tabernakel was driedelig (Exodus 26-27);
  • Jezus wordt driemaal verzocht (Matteüs 4);
  • Jezus bidt driemaal in Getsemane (Matteüs 26);
  • Jezus verscheen drie keer aan de leerlingen, nadat hij uit de dood was opgestaan (Johannes 21:14);
  • Jezus is drie dagen dood (zijn dood is volledig), en na drie dagen wordt hij opgewekt (Matteüs 20:19).

(*) Heilig is de enige eigenschap van God dat driemaal na elkaar gebruikt wordt, zowel in het Oude als in het Nieuwe Testament. Deze drievoudige herhaling correspondeert met de drie-eenheid van God.

Nana Mouskouri - Ave Maria (Official Audio)

Klik op de onderstaande paarse link voor DEEL 1 van dit artikel.

(DEEL 2 is nog in bewerking)

Voor het gehele artikel met feitelijke en wettelijke bewijsstukken lees de volgende paarse link:

 The Hague Summit Declaration issued by the NATO Heads of State and Government participating in the meeting of the North Atlantic Council in The Hague 25 June 2025


Met een 'DADDY-SMILE' naar DONALD TRUMP zijn vanuit 'VOC-WIC-NAZI' bestuurde 'AI-NAVO-COMPUTERS' in de op 25 juni 2025 door de hooguit 31 van de 32 NAVO-lidstaten ondertekende 'THE HAGUE SUMMIT DECLARATION' door de 'SNEL UIT DE HEUP SCHIETENDE' premiejager MARK RUTTE meerdere 'HISTORISCHE LEUGENS' opgenomen en 'VALSHEDEN IN GESCHRIFTE' gepleegd.

TWEEDE vanuit 'VOC-WIC-NAZI' bestuurde 'AI-NAVO-COMPUTERS' door secretaris-generaal MARK RUTTE in de 'THE HAGUE SUMMIT DECLARATION' gepleegde 'HISTORISCHE LEUGEN' en 'VALSHEID IN GESCHRIFTE'

English language

1. We, the Heads of State and Government of the North Atlantic Alliance, have gathered in The Hague to reaffirm our commitment to NATO, the strongest Alliance in history, and to the transatlantic bond. We reaffirm our ironclad commitment to collective defence as enshrined in Article 5 of the Washington Treaty – that an attack on one is an attack on all. We remain united and steadfast in our resolve to protect our one billion citizens, defend the Alliance, and safeguard our freedom and democracy.

Dutch (google translate) language

1. Wij, de staatshoofden en regeringsleiders van het Noord-Atlantische Bondgenootschap, zijn in Den Haag bijeengekomen om onze toewijding aan de NAVO, het sterkste bondgenootschap in de geschiedenis, en aan de trans-Atlantische band te bevestigen. Wij bevestigen onze ijzersterke toewijding aan collectieve verdediging, zoals vastgelegd in artikel 5 van het Verdrag van Washington – dat een aanval op één persoon een aanval op allen is. Wij blijven verenigd en standvastig in onze vastberadenheid om onze miljard burgers te beschermen, het Bondgenootschap te verdedigen en onze vrijheid en democratie te waarborgen.

'HISTORISCHE LEUGEN' en 'VALSHEID IN GESCHRIFTE'

Met deze door secretaris-generaal Mark Rutte van de NAVO in de 'THE HAGUE SUMMIT DECLARATION' opgenomen tekst:

Wij, de staatshoofden en regeringsleiders van het Noord-Atlantische Bondgenootschap, zijn in Den Haag bijeengekomen om onze toewijding aan de NAVO,het sterkste bondgenootschap in de geschiedenis, en aan de trans-Atlantische band te bevestigen.

heeft Mark Rutte onmiskenbaar zijn tweede 'HISTORISCHE LEUGEN' en 'VALSHEID IN GESCHRIFTE' gepleegd.

Met de hieronder gemaakte foto van de aanwezigen bij het ondertekenen van de 'THE HAGUE SUMMIT DECLARATION' op 25 juni 2025 is het 'WETTELIJKE BEWIJS' geleverd dat Staatshoofd koning FILIP DER BELGEN daarbij 'NIET AANWEZIG' was.

Dit betekent dat er hooguit 31 STAATSHOOFDEN van de 32 NAVO-lidstaten op 25 juni 2025 deze 'THE HAGUE SUMMIT DECLARATION' hebben ondertekend, waarmee deze 'SNEL UIT DE HEUP SCHIETENDE' premiejager MARK RUTTE onder ouderlijke regie van zijn vader DONALD TRUMP vanuit het VREDESPALEIS in DEN HAAG (waarin het Internationaal Gerechtshof van de Verenigde Naties zit gevestigd) vanuit de NAVO zijn laatste KOGELS heeft geschoten.

Voor de historische, feitelijke en wettelijke onderbouw verwijzen wij naar de volgende hieronder ingevoegde artikelen op De Nieuwe Media en de teksten en links daaronder, bijbehorende foto's, video's en Tv-uitzendingen en alle verwijzende artikelen op De Nieuwe Media door met de Muis van de Computer op alle "paarse links" te klikken, al die teksten te lezen en alle daarin opgenomen video's en Tv-uitzendingen goed te bekijken en te beluisteren.

EERSTE vanuit 'VOC-WIC-NAZI' bestuurde 'AI-NAVO-COMPUTERS' door secretaris-generaal MARK RUTTE in de 'THE HAGUE SUMMIT DECLARATION' gepleegde 'HISTORISCHE LEUGEN' en 'VALSHEID IN GESCHRIFTE'

28-06-2025

ONZE NIEUWSTE ARTIKELEN

Wanneer laat onze hoge met 'MILITAIRE RIDDERORDEN' en 'CIVIELE RIDDERORDEN' gedecoreerde STAATSHOOFD koning WILLEM ALEXANDER van 'ORANJE-NASSAU-LIPPE-BIESTERFELD-VON-AMSBERG' van het 'NOOIT BESTAANDE NEDERLAND' deze vanuit 'VOC-WIC-NAZI' bestuurde 'AI-NAVO-COMPUTERS' uit 'DE LOSSE HEUP SCHIETENDE' premiejager MARK RUTTE door zijn NAVO LEGER...

Dank zij 'GODS KIND VLADIMIR POETIN' en de GODDELIJK KRACHT van het RUSSISCHE VOLK veroorzaakt dit niet de vanuit 'VOC-WIC-NAZI' bestuurde 'AI-NAVO-COMPUTERS' door NAVO secretaris-generaal MARK RUTTE gewenste DERDE WERELDOORLOG met een 'DADDY-SMILE' naar DONALD TRUMP maar HET EINDE van de 'OEKRAΪNE OORLOG'.