Een spion of geheim agent is iemand die op heimelijke en
soms illegale (clandestiene) wijze inlichtingen vergaart. Spionnen
kunnen werken voor een overheid, maar ook voor bedrijven. De term spion
wordt vooral in de dagelijkse populaire taal gebruikt. Inlichtingen die
via dergelijke menselijke bronnen verkregen worden, heet Human Intelligence (HUMINT).
Binnen de inlichtingenwereld wordt het begrip 'spion' als zodanig niet gebruikt, maar spreekt men van inlichtingenofficier en agent. De inlichtingenofficier is degene die in dienst is van een geheime dienst.
De agent is een buitenstaander die doorgaans niet op de loonlijst
staat, maar soms wel een (financiële) tegenprestatie voor geleverde
informatie ontvangt of op een of andere manier gedwongen wordt.
De medewerker van een geheime dienst die het contact met een agent onderhoudt werd bij de vroegere Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD) een runner genoemd en bij de huidige AIVD een acquisiteur.
Voor het werven en begeleiden van agenten in het buitenland beschikken
veel landen over inlichtingenmedewerkers die onder diplomatieke
dekmantel op ambassades werkzaam zijn. Daarnaast zijn er medewerkers die
onder non-official cover (NOC), bijvoorbeeld als ondernemer of
bedrijfspersoneel, in een land actief zijn. Ten slotte zijn er nog
inlichtingenmedewerkers die onder deep cover, dat wil zeggen met een valse identiteit in een gastland verblijven. Zij worden ook wel illegals genoemd.[1]
Daarnaast is er nog de informant die zonder tegenprestatie en uit eigen beweging inlichtingen levert aan de officier of de agent. Een infiltrant
is iemand die tot een organisatie toetreedt, bijvoorbeeld als lid of
als werknemer, met het doel vanuit deze positie de hand te kunnen leggen
op vertrouwelijke gegevens en die door te kunnen spelen.
Opereert de agent in het buitenland, maar zonder diplomatieke status, dan spreekt men over een buitenlandse agent.
Een dubbelspion is een agent die aan beide kanten inlichtingenofficieren van informatie voorziet, terwijl een mol een agent is die moedwillig in een vijandige inlichtingenorganisatie infiltreert. Kim Philby was een mol, hijzelf zei hierover:
"Ik heb niemand verraden. Ik heb altijd dezelfde werkgever en
dezelfde opvattingen gehad. Ik was gewoon een agent die de tegenpartij
moest infiltreren. Dat die zo stom was dat niet te doorzien, dat is hun
zaak."
Werkwijze
Hoewel inlichtingendiensten op
verschillende manieren informatie kunnen bemachtigen (satellietbeelden,
computerspionage, statistische gegevens, onderzoeken van derden) spreekt
infiltratie het meest tot de verbeelding. Wanneer een spion infiltreert
treedt hij tot een organisatie toe onder een dekmantel, met als
uiteindelijk doel toegang te krijgen tot vertrouwelijke informatie om
deze door te spelen. Het is bij infiltratie echter vaak onzeker of de
spion daadwerkelijk toegang tot waardevolle informatie krijgt, en het
kan lang duren voor het zover is omdat de spion eerst voldoende moet
opklimmen in de organisatie.
Door moderne biometrische
identificatiemethodes en het toenemend aantal beveiligingscamera's
wordt de traditionele inzet van spionnen steeds lastiger. De Israëlische
inlichtingendienst Mossad zet daarom steeds vaker (onwetende) lokale agenten in, zodat de eigen medewerkers buiten beeld blijven.
(Bron: https://nl.wikipedia.org/wiki/Spion)